door T. J. de Ruiter
INLEIDING
Kenners van deze brief zijn het erover eens dat hij niet de aandacht krijgt, die hij verdient. Men denkt dat de oorzaak van de geringe aandacht gezocht moet worden het feit dat hij in het Nieuwe Testament de 2e brief aan de gemeente van Korinte is en dat men hem daarom van dikwijls van ondergeschikt belang acht. Deze opvatting moeten we echter krachtig bestrijden want er is in deze brief belangrijk fundamenteel onderwijs voor de gemeenten en de individuele gelovige. De brief geeft instructies en inspiraties aan gelovigen, zodat zij onder alle omstandigheden in de genade van God kunnen blijven staan en elke dag kracht uit zijn Woord en Geest kunnen putten.
Wij hebben in het Nieuwe Testament de 1e en de 2e brief aan Korinte. Het is echter zeer waarschijnlijk dat de '1e brief' niet de eerste was, die Paulus had verzonden. Dit blijkt o.a. uit 1 Korintiërs 5:9. In die 'allereerste' brief had hij hen vermaand met betrekking tot hun omgang met hoereerders en andere zondaars; zie 1 Korintiërs 5:9-11. In 2 Korintiërs 2:3,4 schreef hij dat hij een brief met 'droefheid' en 'onder zware druk en beklemdheid' geschreven had. Deze uitlatingen zijn indicaties dat er een eerdere brief was geschreven. In 2 Korintiërs 7:8 spreekt Paulus over 'spijt hebben' dat hij een brief geschreven had, maar hij is toch verblijd dat de brief het gewenste resultaat, een 'droefheid tot inkeer', had bereikt. De eerste brief zal dus een tweede brief zijn geweest en dan is de tweede, die wij gaan bestuderen, de derde brief geweest.
De historische achtergrond van en de aanleiding tot het schrijven
Paulus was twee jaar in Efeze geweest, toen zijn bediening daar ten einde liep want er kwamen moeilijkheden, o.a. een groot oproer. Hij moest de stad verlaten; zie Handelingen 19:8; 10; 19:21-40; 20:1; 1 Korintiërs 16:7,8 en 2 Korintiërs 1:8. In Efeze was Paulus blijkbaar enkele malen per brief door vooraanstaande gelovigen en mogelijk door bezoekers uit Korinte op de hoogte gesteld van de gang van zaken in de gemeente; zie 1 Korintiërs 1:11; 7:1; 11:18; 16:17. Hij had over verwarring en wantoestanden gehoord en teneinde deze te corrigeren had hij zijn eerste brief geschreven. Hij had met bezorgdheid gewacht op de terugkeer van Titus, die zijn eerste brief naar Korinte had gebracht. Hij wilde zo vurig weten hoe zij zijn vermaningen en onderwijs hadden ontvangen. Toen Titus maar niet terugkeerde, reisde hij via Troas naar Macedonië; zie 2 Korintiërs 2:12,13.
Een reconstructie
Nadat hij zijn eerste brief te Efeze had geschreven -zie 1 Korintiërs 16:8 - kreeg Paulus nieuws uit Korinte dat hem ertoe bewoog snel vanuit Efeze via de Egeïsche Zee naar Korinte te gaan. Tijdens dit korte bezoek was zijn lankmoedigheid met hun toestanden geïnterpreteerd als zwakheid; zie 2 Korintiërs 10:10 en 13:2. Hij keerde spoedig terug naar Efeze, waar hij - zoals ik hierboven reeds schreef - een 'droevige brief' schreef. In die brief beloofde hij spoedig terug te keren. Hij stelde zijn reis echter uit om het verslag van Titus te kunnen aanhoren, maar die kwam niet snel genoeg opdagen. Dus begon hij toch - zoals hierboven reeds gezegd - aan de reis naar Korinte via Troas, Filippi en Macedonië; zie 2 Korintiërs 2:12,13 en 7:5-7;13. Toen hij Titus had ontmoet, misschien in Filippi of in de havenstad van Filippi, Neapolis, en van hem had vernomen dat zij zich hadden bezonnen op de wantoestanden en zich hadden bekeerd, schreef hij zijn tweede (of derde) brief en deelde hen zijn blijdschap en gerustheid daarover mee; zie 7:5-16. Hij hoorde echter waarschijnlijk ook van Titus dat de gemeente nog geen inzameling voor de arme heiligen in Jeruzalem had gehouden en daarom vermaande hij hen deze christelijke verantwoordelijkheid concrete vorm te geven; zie 2 Korintiërs 9:5 en ook 1 Korintiërs 16:1-4. Hij vernam van Titus echter ook andere, zeer verontrustende berichten. Er waren enkele Joodse leraars - Paulus noemt hen 'valse apostelen' - gearriveerd, die zijn apostelschap, autoriteit en integriteit in twijfel trokken; zie bijv 2 Korintiërs 11:4-6; 13-15; 12:11. Dit onheilspellende nieuws noodzaakte hem hen in de brief krachtig tegen deze leraars te waarschuwen en zijn eigen aanspraken op het ware apostelschap te verdedigen; zie 2 Korintiërs 10:1-3, 12; 11:13-15; 12:11. Dit laatste deed hij zeer tegen zijn zin, maar het was noodzakelijk; zie 2 Korintiërs 12:11. Hij verzekerde hen dat dit schrijven spoedig door een derde bezoek zou worden opgevolgd en hij waarschuwde dat hij hen dan niet zou ontzien: zie 2 Korintiërs 13:1,2.
Bedoelingen, Emoties en expressie van de schrijver
Deze brief is in formeel opzicht geen leerstellig epistel, maar toch wordt er, zij het verspreid door de brief heen, diepe waarheid in gepresenteerd, die bij de aandachtige lezer zeker een fundamentele versterking van zijn geloof zal bewerken. De brief openbaart ook het ware hart van de apostel. Hij gunt ons een blik in zijn motivaties en zijn strijd; in zijn bezorgdheid en angsten, we proeven zelfs zijn emotionele verwondingen. Wij zien echter ook zijn hoop en vreugde als hij merkt dat zijn bewogen pleidooien en onderwijs de gewenste vrucht produceren. Kortom, we maken juist in deze brief kennis met het hart van een ware apostel, leider, herder en leraar van de eerste generatie Christenen. De taal is pittoresk, schilderachtig, vol van metaforen. De apostel laat zijn wisselende stemmingen goed voelen. Gevoelens van blijdschap, droefheid, bezorgdheid en hoop komen beurtelings naar boven. Hij heeft vertrouwen maar kent ook verontwaardiging en boosheid. In alles echter wil hij de gelovigen zijn liefde doen ervaren. Men proeft strengheid in de brief, maar ook tederheid; er zijn verwijten maar er is ook dankbaarheid. Hij geeft bevelen en vermaningen; er is droefheid en vreugde, vernedering en verhoging. Er is nauwelijks een stukje literatuur te vinden, dat al deze diepe emoties afwisselend presenteert in zulk snel tempo. Iemand schreef over deze brief: "Extatische dankzegging en snijdende ironie - een spottend en schamper prijzend, wat eigenlijk wordt afgekeurd - zelfhandhaving en zelfverloochening, veroordeling en waarschuwing, autoriteit en verdediging, zij zijn vermengd en woelen door elkaar. Maar uit de wentelende wervelingen rijzen als rotsen grootse christelijke beginselen en inspirerende vergezichten op de eeuwige waarheid, Jezus Christus. In dit alles toont Paulus echter volmaakte zelfbeheersing; hij is oprecht, intelligent en stabiel. We zien de voortreffelijke persoonlijkheid van Paulus zeer goed te voorschijn komen. Er is waarschijnlijk geen andere passage, die de passie van zijn hart beter laat zien dan 5:14, 15: "Want de liefde van Christus dringt ons, daar wij tot het inzicht gekomen zijn, dat één voor allen gestorven is. Dus zijn zij allen gestorven. En voor allen is Hij gestorven, opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt."
Indeling van de inhoud
In relatie tot zijn bezoek aan Korinte kunnen we de brief als volgt indelen:
1. Hoofdstuk 1-7, De verandering in de reisplannen m.b.t. het derde bezoek wordt uitgelegd. Zie bijv. 1:15; 13;1 en vergelijk met 1 Korintiërs 16:5.
2. Hoofdstuk 8 en 9, De voorbereidingen voor het bezoek:
3. Hoofdstuk 10-13, De zekerheid van het nabij komende bezoek.
Indeling, met inachtneming van de stof en onderwerpen:
Hoofdstuk 1:1-11, Groeten
Hoofdstuk 1:12-7:16, Principes, op grond waarvan men als Christen dient te leven.
Hoofdstuk 8 en 9, Vermaningen ter zake van christelijk geven en hulpverlening.
Hoofdstuk 10 - 13, Verdediging van zijn apostolische roeping en bediening. Het accepteren van zijn autoriteit als een ware apostel is noodzakelijk om zijn onderwijzingen en vermaningen zinvol te doen zijn.
De volledige studie in de tweede brief aan
de Korintiërs kan per e-mail worden toegezonden. Vraag om inlichtingen.
Informatie / vragen? E-mail....
Info T. J. de Ruiter