T. J. de Ruiter,
predikant en bijbelleraar
in de Pinksterbeweging
Lees onderaan ook de beknopte samenvatting van de redactie van CC van de EO
In de dagen dat de gehele Christenheid de lichamelijke opstanding van Jezus Christus viert en herdenkt en zelfs ongelovigen weten dat Pasen het grootste feest van de christenen is mag een Nederlandse dominee in een blad van de EO verklaren dat er helemaal geen opstanding van de persoon Jezus Christus heeft plaats gevonden; hij was 'gewoon' na zijn overlijden in de hemel opgenomen. We wisten reeds dat dominee Carel ter Linden moderne ideeën aanhangt maar nu mag hij zelfs in het blad CC (Christenen in Contact) nog eens duidelijk maken waarom hij er zo zeker van is dat Jezus niet echt was opgestaan. Hier zaten we - in elk geval evangelische christenen - niet op te wachten in een EO blad. Dat de EO ruimte vrijmaakt voor deze opvatting van dominee ter Linden is heel onverstandig. Het had beter ruimte kunnen vrijmaken voor bijvoorbeeld een goede studie over de eigenschappen van het leven na de opstanding. Dat de EO blijkbaar niet beseft dat zo'n stukje het geloof van menigeen aan het wankelen kan brengen is niet te begrijpen. In deze tijd van leeglopende kerken zal dit stukje van deze dominee voor nog meer verwarring en afbrokkeling zorgen.
Uiteraard heeft dominee ter Linden recht op zijn eigen mening maar met een dergelijke mening over de opstanding van Christus behoort hij eigenlijk geen kansel in een christelijke kerk te beklimmen want de kerk gelooft in de lichamelijke opstanding. Laat het ons duidelijk zijn: zonder een werkelijke opstanding van Christus zou er helemaal geen kerk zijn gekomen! Ter Linden meent dat we bij de moderne mens niet meer kunnen aankomen met zo'n vreemd verhaal over een lichamelijke opstanding, dat geen echt historisch gebeuren is zoals de kruisiging. Volgens hem voltrok zich een opstanding in het hart en de geest van de leerlingen van Jezus. Die 'verdieping van hun inzicht in Jezus' - zoals dominee ter Linden het noemde - 'kon zich niet in drie dagen voltrekken maar heeft over bepaalde periode plaats gevonden.' Die drie dagen in het graf moeten worden verstaan worden in het licht van de Joodse symboliek.
Natuurlijk weten we best dat de Joden aan bepaalde getallen een bijzondere allegorische of symbolische waarde toekenden en dat veel verhalen in de Joodse literatuur niet tot in alle details letterlijk genomen dienen te worden. De deskundige en oplettende lezer zal echter meestal het onderscheid kunnen zien tussen wat letterlijk en wat figuurlijk, symbolisch of typologisch verstaan moet worden.
Laat het duidelijk zijn: de verhalen in de evangeliën en in Handelingen, het onderwijs van de eerste apostelen in hun brieven en de apocalyptische, eschatologische beelden van het boek Openbaring kunnen niet in hun oorspronkelijke historische waarde worden gelaten als Christus niet zou zijn opgestaan.
Hoe buitenissig Carel ter Linden het geloof in de opstanding ook mag vinden, ik geloof wel in de lichamelijke opstanding van Christus. Jazeker: Christus is als eersteling opgestaan!
P. S.
Na het ontvangen van bovenstaand commentaar heeft de coordinator van EO Magazine 'Christenen in Contact' gereageerd en bedankt voor deze reactie. Men beseft dat men toch voorzichtiger moet zijn met wat er wordt gepubliceerd.
Contact? E-mail.... Pastor T. J. de Ruiter