Doop met de Heilige Geest en vuur
T. J. de Ruiter
"Ik doop jullie met water, maar er komt iemand die meer vermag dan ik; ik ben zelfs niet goed genoeg de riem van zijn sandalen los te maken. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur."
Lucas 3:16 (NBV)
Lees ook Matteüs 3:11; Johannes 1:33 en
Handelingen hoofdstuk 2:1-4.
Uitleggers van het Nieuwe Testament verschillen van mening over waar Johannes op doelde toen hij sprak over de Messias die zou dopen met de Heilige Geest en vuur.
Johannes doopte met water, hij dompelde berouwvolle mensen onder. Het ligt voor de hand dat toen hij sprak over de komst van de Geest als een doop dat hij die doop profetisch zag als een omhulling en vervulling door de geestelijke tegenwoordigheid en kracht van de almachtige God. Het gebeuren dat in Handelingen 2 beschreven is heeft alle kenmerken van een geestelijke omhulling en vervulling, een overweldiging door de kracht 'uit den hoge.'
Wat betreft het tweede deel, 'met vuur,' zijn er drie uitleggingen
1. Sommigen stellen dat het 'dopen met vuur' verwijst naar het vernietigend eeuwig oordeel over onboetvaardige zondaren omdat in Lucas 3:17 wordt verwezen naar het onblusbaar vuur waar het kaf verbrand wordt. Deze interpretatie is dus gebaseerd op het contextuele verband m.b.t. het woord 'vuur,' dat in beide verzen wordt gebruikt. Tegen deze uitleg wordt echter veel bezwaar gemaakt want wij dienen in gedachten te houden dat woorden hun betekenis ontlenen aan het verband waarin ze worden gebruikt. Een eenvoudig voorbeeld met het woordje 'van.' In de zin: "Dat boek is van mij," heeft 'van' een heel andere betekenis dan in de zin: "Ik reis van hier naar daar." Zo is er ook een zeer groot verschil tussen de betekenis van 'vuur' in Lucas 3:16 en het 'vuur' in het volgende vers. Zie voor het vuur van oordeel o.a. Marcus 9:43-48 en Johannes 15:6.
2. Anderen stellen dat het Johannes voor ogen stond dat de Messias zonde in zijn gelovigen zou reinigen 'als met vuur.' Vuur staat in deze interpretatie dan voor de reinigende werking van de Heilige Geest. Vuur is inderdaad het element dat voor zuivering en loutering wordt gebruikt - zie bijv. 1 Petrus 1:6,7. Hier is het vuur een figuurlijke uitdrukking voor de reinigende werking van beproevingen waardoor de Geest de gelovige reinigen kan. Het lijkt echter in het geheel niet juist een verband met het onuitblusbaar vuur - zie vers 17 - te leggen omdat hier gesproken wordt over oordelend en vernietigend vuur dat het nutteloze kaf verbrandt. De volgende interpretatie lijkt ons de juiste te zijn.
3. Op grond van de Griekse zinsbouw in Lucas 3:16 wordt erop gewezen dat het voorzetsel 'en' - dat o.a. kan worden vertaald door 'met' of 'in' - zowel op 'geest' als 'vuur' slaat. Er is hier dus sprake van één doop met twee aspecten. Er staat in het Grieks - letterlijk vertaald: "Hij zal u dopen met de heilige Geest en vuur." Het voorzetsel 'met' wordt dus slechts éénmaal gebruikt. De betekenis ligt voor de hand: gelovigen die met de Geest worden gedoopt, worden ook gedoopt met vuur.' Als Johannes had had willen verwijzen naar het vuur van het oordeel over de onboetvaardigde zondaars dan had Hij gezegd: "Hij zal u dopen met de Heilige Geest of met vuur."
Dat er bij de doop met de Heilige Geest ook sprake is van geestelijk vuur wordt door steeds meerderen bevestigd als juist vanwege hun ervaring van deze doop met de Heilige Geest. Er wordt tevens op gewezen dat er op de Pinksterdag tongen als van vuur verschenen en dat de discipelen 'vurig van geest' werden door die uitstorting van de Heilige Geest op hen; er ging een heilig vuur branden in hen. Van een stel stille, bange, teruggetrokken aanhangers van de Messias Jezus werden zij enthousiaste, moedige en verbaal krachtige getuigen en verkondigers. Het vuur in hen werd een uitslaande brand en bleef geen klein binnenbrandje! Romeinen 12:11 - NBG, waar staat: "Wees vurig van geest,." de NBV heeft vertaald: "Laat uw enthousiasme niet bekoelen, maar laat u aanvuren door de Geest en dien de Heer," en Efeziërs 5:18, waar in het Grieks staat: "Blijft vervuld met de Geest," bepalen ons erbij dat wij er zelf ook voor moeten zorgdragen dat we vervuld blijven van de Geest en dat het vuur van de Geest in ons blijft branden.
In Jacobus 3:6 wordt de tong een vlam of een vuur genoemd. Hier in Jacobus is de tong een slecht instrument van onrein vuur. We kunnen echter ook stellen dat als de tong onder de kracht van de Geest wordt gebruikt hij een goede en zegenrijke functie vervult en een heilig vuur verspreidt.
Ik wijs ook op een op de achtergrond geraakte vertaling van het Griekse werkwoord 'baptizô.' Meestal wordt het vertaald met 'dompelen,' of 'dopen,' het werkwoord kan echter ook 'overweldigen' betekenen. Johannes doopte met water als betekenisvolle daad van afwassing van zonden en levensvernieuwing. De Messias zou dopen met de heilige Geest - het Griekse woord voor geest is 'pneuma' dat ook adem, lucht, wind' kan betekenen - en vuur. Men kan dus ook lezen dat de Messias gelovigen zou overweldigen door de Geest en vuur. Het gebeuren op de Pinksterdag in Handelingen 2 en de vele getuigenissen van gelovigen over de ervaring van de doop met de Heilige Geest ondersteunen de juistheid van de laatstgenoemde uitleg van Lucas 3:16. Niet zelden worden stille, van nature niet verbaal krachtige gelovigen op slag en stoot door de kracht van de Geest veranderd in mensen die met verve en succes getuigen van de Heiland en zijn heerlijke verlossing.
Deze korte studie behoort ons allen tot zelfonderzoek te brengen. Stel uzelf de vraag of het vuur van de Geest nog wel in u brandt. Ook als gemeente behoren we ons deze vraag te stellen. Met de Geest vervulde en vurige christenen maken tezamen een vurige gemeente!
Reageren? E-mail...Pastor T. J. de Ruiter
Site 'Inspiratie & Proclamatie' sinds 1 juli 2010 / update 26 juli 2010 / Pastor T. J. de Ruiter / The Netherlands