Maar
wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht
ontvangen en
van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de
uiteinden van
de aarde.
Handelingen 1:8 (NBV)
Inleiding
We hebben enthousiast prachtige
liederen gezongen over de Pinksterkracht en Pinksterervaring. Zoals
veel
predikers zal ook ik hier in Elim bij deze belevenis van het eerste
Pinksteren
in Jeruzalem aandacht geven. Op grond van die eerste ervaring kom ik
tot een
boodschap voor ons hier vandaag. Maar eerst geef ik aandacht aan een
belangrijk
woord in onze tekst.
Over het Griekse woord 'marturos.'
Het oorspronkelijke Griekse woord dat meestal
door
getuige
wordt vertaald is
'marturos' en duidt
op iemand die iets heeft gezien of/en gehoord heeft en daarvan
getuigenis
aflegt. Een '
marturos' kan zowel voor
de rechter een getuigenis moeten afleggen als in het gewone leven. Ons
woord
martelaar is van
'marturos' afgeleid
en heeft de betekenis van iemand die vanwege zijn geloof in en
getuigenis over
Jezus daarvoor heeft geleden en zelfs werd gedood.
Wat Jezus bedoelde toen Hij zei:
"Maar wanneer de heilige Geest over
jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen."
Sommigen menen nog altijd dat de
ervaring die de discipelen
op die eerste Pinksterdag kregen hun wedergeboorte was. Zij die deze
leer
aanhangen geloven dan ook niet in een verschil tussen de wedergeboorte
en de
Doop of vulling met de Heilige Geest. Maar het verschil tussen die twee
ervaringen of zegeningen wordt gelijk duidelijk als je goed let op wat
Jezus
zei. Hij zei hier, in Handelingen 1:8, dat de Heilige Geest niet in hen
kwam en
hen, als geestelijk dode mensen, nieuw leven gaf, maar op en over hen
kwam en
hen kracht zou geven om over Hem te getuigen En kracht om zijn getuigen
te zijn
hadden ze echt wel nodig!
Kracht hadden
ze nodig!
Ik heb me
verdiept in de situatie van deze eerste discipelen
en kwam tot de slotsom dat zij inderdaad echt wel kracht nodig hadden
om als
getuigen van Jezus te kunnen optreden. Waarvoor hadden zij in de eerste
plaats
bijzondere kracht nodig?
Kracht om angst en een gebrek aan
vrijmoedigheid te overwinnen
Ze hadden best wel angst om de over naam van Jezus in het
openbaar te getuigen – en terecht. Want dat de leiders hen hun woord
over Jezus
niet in dank zouden afnemen konden zij wel op hun vingers natellen.
Jezus had
hen er al eerder op gewezen dat zij als zij moesten getuigen over Hem
voor
koningen en stadhouders, dus voor hooggeplaatste personen met gezag,
zij zich
niet bezorgd behoefden te maken en geen angst behoefden te hebben voor
wat zij
zouden moeten zeggen. De Heilige Geest zou hen bijstaan en hen op het
kritieke
moment ingeven wat zij moesten zeggen (Lukas 12:11,12).
We lezen in het evangelie naar
Johannes dat ze uit vrees voor de Joden achter gesloten deuren
vergaderden
(Johannes 20:19). Jezus was gedood om zijn getuigenis. Wat konden zij
verwachten als zijn leerlingen? Ongetwijfeld een zelfde lot of op z'n
minst de
gevangenis. Jezus was nu naar de hemel terug gegaan en ze waren alleen.
Hun
leider was vertrokken en zonder Hem konden ze eigenlijk niets beginnen.
In het
openbaar hun mond opendoen over Jezus was echt nog altijd gevaarlijk.
Jezus had hen echter beloofd dat zij
kracht zouden krijgen om over Hem te gaan getuigen. Ze hadden echter
geen idee
over hoe zij kracht zouden krijgen en wat die kracht precies in en voor
hen zou
doen.
Wat er op de
Pinksterdag en daarna gebeurde toont aan dat de
kracht van de Heilige Geest hen die angst inderdaad deed overwonnen.
Zonder
enige angst verkondigden zij fier en dapper Jezus als Heer en Heiland.
Angst
voor de mogelijke gevolgen ervan speelde totaal geen rol meer.
We stellen dus
vast dat als ze ergens kracht voor nodig
hadden dan was het wel om die angst te overwinnen en uit te schakelen.
De Heilige
Geest viel op hen en ze
ontvingen kracht
Toen
de kracht op de Pinksterdag kwam werden ze erdoor overrompeld en
overweldigd.
Een niet zo goed bekende betekenis van het Griekse werkwoord 'baptizo'
(dopen)
is 'overweldigd worden.' Overweldigd werden ze inderdaad, ze werden
extatisch
door wat ze ervoeren. Een enorme vloedgolf van kracht kwam over ze
heen. Het is
duidelijk in Handelingen dat met name Petrus, die blijkbaar de
woordvoerder was
op die dag en daarna, een enorme moed en vrijmoedigheid kreeg. Ik lees
uit Handelingen
3, waar we over de genezing van de verlamde bij de 'Schone Poort' van
het
tempelplein lezen en over de toespraak die Petrus tot de verbaasde
menigte erna
hield. In of bij de tempel over Jezus spreken was zeker zijn van
moeilijkheden
door de leiders. In zijn toespraak zei Petrus o.a. "Het is
deze Jezus, die door u is uitgeleverd en verstoten, ook toen
Pilatus bereid was hem vrij te laten. U hebt de Heilige en
Rechtvaardige
verstoten en geëist
dat aan een moordenaar gratie verleend zou worden. Hem die de weg naar
het
leven wijst hebt u gedood, maar God heeft hem uit de dood doen opstaan,
en
daarvan getuigen wij."
Ik zei al wat ze konden verwachten – terwijl ze de menigte nog
toespraken
kwamen de priesters en de tempelwacht op hen af en grepen hen en zetten
hen
vast (Handelingen 4:1-3).
Als gelovigen
zijn we geroepen tot het getuigen over Jezus
en ons geloof in Hem en hiervoor hebben we ook die kracht van de Geest
nodig. Vooral
in situaties waarin een zekere dreiging of vijandigheid aanwezig is
hebben we
kracht nodig om angst en een gebrek aan vrijmoedigheid en andere
gevoelens die
ons afremmen te overwinnen. Ik ben er zeker van dat ik niet de enige
hier ben
die soms in zo'n bedreigende situatie is geweest. Vele malen heb ik
gebeden om
die kracht van de Geest als ik bij mensen was die de naam van Jezus als
een
stopwoord of een zinloze krachtterm gebruikten. Ik bad eens om wijsheid
en
kracht en zei toen: "Je gebruikt de naam van iemand van wie ik veel
houd
en heel goed ken." De misbruikers van de naam van Jezus keken me dan
verbaasd aan en zeiden: "Hè,
wie is dat dan?' En toen kon ik hen over Jezus vertellen. Soms keek men
mij met
medelijden aan – ik kon raden wat de persoon dacht. Soms kon ik
doorgaan en
getuigen over Jezus.
Kracht van de Geest is nodig
vandaag, vooral voor onze
broeders en zusters die in landen wonen waar vervolging heerst. We
lezen
ontroerende berichten over de gelovigen die hun mond durven opendoen
over hun
geloof in Jezus. Zoals laatst in het blad van 'Open Doors'. Arrestaties
vinden
vandaag nog plaats. Lees het laatste nummer van 'Open deurs' dat o.a.
gaat over
gelovigen in Iran en je ziet aan welke gevaren ze bloot staan, zowel
thuis als
op de straat en het werk.
Het
spreken in andere talen
De Heer wilde dat de discipelen
die dag alle toehoorders konden
bereiken met de boodschap en hiervoor liet Hij hen spreken in door hen
niet
geleerde talen (tongen). Het spreken in een voor de spreker zelf
onbekende taal
is een zeer bijzondere gave van de Heilige Geest. Zo bijzonder dat
velen –
waaronder ook theologen – deze gave proberen weg te moffelen met een
onjuiste
uitleg ervan. En harde critici beweren dat ook dit verhaal
verzonnen is
en het geen historische waarde voor de kerk heeft.
Eén
van de vragen die wel eens over dit verschijnsel van het spreken in
onbekende
talen wordt gesteld is of dit nu echt nodig was dat er zo'n wonder
plaatsvond.
Ik wil op deze vraag een antwoord geven.
Er waren veel Joden uit alle
delen van het Romeinse Rijk op
deze Pinksterdag in Jeruzalem aanwezig om het Loofhuttenfeest te vieren
Veel
van deze Joden waren ongetwijfeld geboren en opgegroeid in ander deel
van het
Romeinse Rijk, bijv. Noord Afrika of in West Europa. Zij beheersten het
Aramees
dat in Israë
l - en
dus ook door de apostelen - werd gesproken niet voldoende of helemaal
niet. Wel
werd overal in het Romeinse Rijk Grieks gesproken want het was de
cultuurtaal
van het Rijk Deze Joden die waren
samengestroomd bij het huis waar de apostelen waren hadden ongetwijfeld
van
jongs af de taal geleerd van het land of de streek waar zij woonden en
werkten.
Taalgeleerden
zijn het erover eens dat hoeveel talen men ook
mag kennen, de taal die men van jongs af heeft geleerd mensen altijd
het diepst
en het meest intiem aanspreekt. Nu hoorde een ieder de apostelen in
zijn eigen
taal spreken en dat verraste de gehele menigte enorm. En het positieve
effect
bleek na de preek van Petrus want toen bekeerden zich drieduizend
mensen. Er
zijn veel andere verslagen over het effect van het getuigen en preken
in een
niet geleerde, dus voor de spreker zelf, onbekende taal. Ik vertel
enkele opzienbarende
voorvallen.
Voorvallen
waarin getuigend in nieuwe talen werd gesproken
De eenvoudige vrouw in
Zuid Wales.
Van een overleden voorganger en schrijver,
Ivor Rosser, die ik persoonlijk heb gekend, en wiens boeken over de
werking van
de Heilige Geest nog altijd in mijn boekenkast staan, is mij het
volgende
incident bekend. Ik heb het verhaal wel eens eerder verteld maar omdat
zo
bijzonder is, vertel ik het ook op deze Pinksterdag.
In
Wales kwamen vroeger
Franse uienverkopers langs de deur met hun heerlijke Franse uitjes die
zeer zijn
geliefd in Wales. Met hun uien bungelend aan een stok over hun schouder
gingen
ze van dorp tot dorp en kwamen ze langs de deuren.
Zo stond er eens een Franse uienverkoper voor
de deur van een gelovige uit een Pinkstergemeente. In zijn gebrekkig
Engels prees
hij zijn uien aan. De vrouw aan de deur begint plotseling, spontaan, in
een
voor haar onbekende taal te spreken. De man antwoordt zelfs in zijn
eigen taal,
het Frans en zo gaat het enkele minuten door. De vrouw blijft hem
toespreken.
Er wellen tranen in de ogen van de uienverkoper op, hij knielt op de
grond en
heft zijn ogen naar de hemel. De vrouw begrijpt dat zij hem in zijn
eigen taal
over Jezus heeft toegesproken en over de nood van zijn ziel. Hij
verlaat haar,
terwijl zijn gezicht straalde; hij had vrede gevonden bij het kruis.
Evangeliste Maggie
Trutter in Zuid Afrika, in 1908.
Over haar is een zeer opmerkelijke
gebeurtenis uit 1908 in Zuid Afrika bewaard gebleven. Het was nog kort
in de
geschiedenis van de huidige Pinksterbeweging, die rond 1900 in Amerika
met een
krachtige uitstorting van de Geest in De Verenigde Staten onder jonge
mensen
begon. Vanuit Engeland ging Maggie Trutter, nog en jonge vrouw, door de
Geest
bekrachtigd, naar Afrika als zendeling.
Er
was een serie samenkomsten belegd in Doornfontein. Een zaal met 500
zitplaatsen
was avond aan avond gevuld. Velen kwamen tot bekering. Mensen werden
bevrijd
van verslavingen, zoals die aan alcohol. Er waren veel bekeringen tot
het
geloof. Er kwam echter van veel kanten ook tegenstand. Op
één avond ging Maggie
tot de volle zaal spreken. Zij zag echter veel spotters zitten en kreeg
de
schrik goed te pakken. Zij nam in een nevenruimte even tijd voor gebed.
Na tien
minuten kwam zij terug en begon met haar boodschap in het Engels, haar
moedertaal. Even later ging zij echter spontaan over in zuiver
Afrikaans en na
verloop van tijd kwam zij weer terug in het Engels. Terwijl zij in het
Afrikaans
sprak, bemerkte men aan de gezichten van de Afrikaanse toehoorders, dat
zij
iets ongewoons hoorden. De mensen waren bewogen en in tranen. De
zendeling, die
deze gebeurtenissen meemaakte vertelde, dat hij de beste sprekers ter
wereld
had beluisterd, maar nooit een boodschap als deze had gehoord! De
aangrijpende
prediking over de gebedsstrijd van de Here Jezus in Getsemane, met
aansluitend
de uitnodiging om Jezus aan te nemen was eenvoudig onweerstaanbaar. Van
een
gehele familie, die gekomen was om zich vermaken, nam elk lid Christus
aan.
Later werd vernomen, dat de oproep van Maggie Truter, die maar heel
weinig
Afrikaans kende, zelfs door inboorlingen uit de Kaapkolonie achter in
de zaal
in hun eigen taal te verstaan was geweest. Van die taal kende de
zendelinge
geen woord. Er vonden grote wonderen plaats: blinden werden ziende,
lammen ging
lopen en ernstige zieken werden genezen. Uit deze opwekking ontstond
een groot
Pinksterwerk, dat in 1910 georganiseerd werd in een landelijk
kerkverband
"Apostolic Faith Mission."
Studenten in China.
Zr.
Elisabeth Hoekendijk - la Rivière vertelt in haar boek 'De Negen
Gaven des
Geestes' het volgende voorval.
In het blad "De Chinese Christen vandaag, '
was het
volgende getuigenis te lezen. Een aantal jonge christenen van een
middelbare
school in Shanghai ging het binnenland in om een stammenvolk over Jezus
te
vertellen. Zij kwamen in een dorp aan en begonnen in korte, gebroken
zinnetjes,
die ze van het dialect hadden geleerd met de mensen te spreken. Zij
werden echter
gewantrouwd, opgepakt en buiten het dorp gebracht bij enkele dikke
bomen. Er
werden touwen met lussen aan de takken vast gemaakt. De bedoeling was
duidelijk
ze zouden worden opgehangen. Terwijl de touwlussen al om hun hoofden
waren
gelegd probeerde één van de studenten nog met de boze
dorpelingen te praten.
Hij vroeg of zij nog mochten bidden; dat mocht. Met de strop om hun
hals gingen
zij in gebed. Eén van hen begon in nieuwe tongen te bidden.
Tijdens dit in
tongen spreken, werden de dorpelingen zichtbaar ontroerd. Hij sprak
namelijk
vloeiend in het dialect van juist dit dorp over de liefde van God, de
wonderbare werken van Jezus en hun voornemen deze dorpelingen de
boodschap van
Jezus te vertellen. Het resultaat was dat de stroppen werden
losgemaakt, men
met elkaar naar het dorp terugging en er ter ere van deze bezoekers een
feestmaal aanrichtte, dat gevolgd werd door een echte evangelisatie
bijeenkomst. Het overgrote deel van het dorp werd bekeerd tot geloof in
Jezus.
Zoiets kan geen mens bewerken of organiseren. Dit kan alleen
de Heilige Geest die werkt door een mens die zich volledig aan Hem
overgeeft.
Het is waar, wat we zingen:
"Want de Geest
spreekt alle talen en
doet ons elkaar verstaan."
Slot
Ook al ben je gedoopt met de Heilige Geest
dan kan er toch
telkens weer een nieuwe bekrachtiging nodig zijn, want niets blijft
automatisch
op hetzelfde niveau. We lezen dan ook dat Paulus in de brief aan de
Efeziërs,
hoofdstuk 5:18 schreef" Maar laat de Geest u vervullen." Ik wijs er
in de eerste plaats op er in het Grieks de voortdurende tijd van het
werkwoord
vullen werd gebruikt. Dus er staat letterlijk: "Blijf vervuld met de
Heilige Geest." De gelovigen in de gemeente waren ongetwijfeld allemaal
gedoopt en met de Geest, maar moesten erop letten dat zij vol zouden
blijven.
Paulus riep ook zijn leerling Timoteüs op – die was al een
leider in een gemeente – om zich voor het getuigenis van Jezus niet te
schamen
(2 Timoteüs 1:8). Denk eraan dat de maatschappij van die tijd zeer
vijandig
stond t.o.v. het evangelie en de gemeente en Paulus kende Timoteüs
blijkbaar
als een enigszins timide jongeman (2 Timoteüs 1:6-8).
Ik roep je op: laat de Geest maar
werken door jou heen zoals
Hij wil. Laat het vuur van de Geest maar branden en je vullen met zijn
kracht.
~~~~~~~
Vragen
of aangesproken? Contacteer: Pastor
T. J. de Ruiter
Voor
de ondersteuning en instandhouding van de bediening van Teun & Tessa de Ruiter kunt u een bijdrage storten op rekening 44.71.11.973 ten name van Stichting Support Christian Ministries. Vermeld: voor T. J. en T. de Ruiter.